Natuurlijk: we leven in een complexe wereld. Oorlog en uitputting van middelen resulteren in een ongekende schaarste en grote ongelijkheid. Ook in de gemeente Brummen hebben we last van de gevolgen van de hoge energieprijzen, een tekort aan woningen en een penibele situatie van de natuur. Iedereen heeft daar last van: onze inwoners en onze bedrijven. Ik zal niet de eerste en niet de laatste zijn die dit benoemt vandaag.
“De mensheid kan niet blijven doorgaan zich met toenemende snelheid te vermenigvuldigen en materiële vooruitgang als hoofddoel te beschouwen, zonder daarbij in moeilijkheden te komen. (...) Dat betekent dat we de keuze hebben tussen nieuwe doelstellingen zoeken teneinde onze toekomst in eigen handen te nemen, of ons onderwerpen aan de onvermijdelijk wredere gevolgen van ongecontroleerde groei.”
Het klankgedicht uit de jaren 70: Grenzen aan de groei laat zich in onze gemeente bovenal gelden. Ook hier staat het leven onder druk. Onder druk van hoge prijzen, onder druk van een te hoge belasting -en dan bedoel ik niet de OZB-, maar de belasting van de mens op de aarde, onder druk van te weinig woningen voor iedereen.
Dat we het niet wisten, kunnen we niet met droge ogen volhouden, maar we hebben wel de kop in het zand gestoken, hopend dat het niet zo vaart zou lopen. Het is natuurlijk ook best lastig om beleid te baseren op een visie in een democratisch stelsel waar we elke vier weer worden afgerekend en allemaal stappen we steeds weer in de valkuil van korte termijn beleid. Dit korte termijn beleid heeft ons decennia lang welvaart gebracht. Economische welvaart, wel te verstaan.
En nu staat de economische welvaart onder zware druk en deze welvaart is ook nog eens bijzonder oneerlijk verdeeld. Een steeds groter deel van onze inwoners heeft moeite om rond te komen. Het modale inkomen gaat failliet.
Hoe kunnen wij daar, als lokale politici een wending aan geven? Hoe zorgen we voor een verbeterde samenwerking tussen mens en natuur, tussen arm en rijk.

Inkomenspolitiek wordt niet in de gemeente bedreven, wij voeren het armoedebeleid uit en dat moeten we doen met strak geregisseerde budgetten uit Den Haag. Daar waar de verduurzaming van huizen heel liberaal aan de markt wordt overgelaten en mensen tijdelijk een doekje voor het bloeden krijgen. Wij zijn dan ook trots op het college dat zij, weliswaar met beperkte middelen, onze inwoners gaan helpen met het energiezuiniger maken van de woningen en hierbij nauw samen te werken met Veluwonen en daarnaast ook oog te hebben voor huizenbezitters, die weinig kansen en middelen hebben om het eigen huis te verbeteren. Natuurlijk zullen we de hoogste nood in de komende winter moeten ledigen en wij zijn dan ook blij met het aangekondigde beleid van energie-armoede. We kijken dan ook uit naar de presentatie van 3 november en horen dan ook graag wat de financiële ruimte is om mogelijk nog meer te investeren in de toekomst van onze inwoners.
Onze boeren staan onder druk. Ze vragen zich af of zij ook uitgekocht worden. In onze gemeente ligt nogal wat Natura2000, wat gaat de overheid doen? En vergeet niet: de overheid, dat zijn wij! Boeren hebben behoefte aan perspectief, aan een nieuw verdienmodel, aan hoop. Wij zijn blij dat wij onderdeel zijn van het programma natuurinclusieve landbouw, waar boeren de kans krijgen om anders tegen hun mooie vak aan te kijken en te kijken hoe ze ook de natuur een plek kunnen geven in hun bedrijfsvoering. Dat zal niet iedereen lukken, maar ook niet iedereen zal nog boer willen zijn. Het samen zoeken naar nieuwe verdienmodellen is een spannende onderneming en lang niet alle agrarische ondernemingen hebben de tijd en de middelen om die transitie door te maken. Want er is niet alleen mesthoop, er is ook andere hoop: er zijn andere verdienmodellen voor boeren, er is geld en aandacht. Maar helaas weinig tijd. Wij vertrouwen erop dat de provincie haar rol goed zal vervullen en hard te werken aan natuurherstel.
CDA gedeputeerde Drenth zei tegen de NOS dat het feit dat er bij andere sectoren dan de landbouw, minder natuurwinst is te halen, betekent dat die sectoren niets hoeven te doen. Hij noemde daarbij specifiek het dorp Eerbeek en zei: als in Eerbeek stikstof gereduceerd wil worden, bijvoorbeeld om te kunnen bouwen, dan moet de winst wel komen van de papierfabrieken. Deze fabrieken beloven een mooie groene toekomst. Deze dagen zien we zonnepanelen verschijnen en ligt een fabriek een maand plat, onder andere om 5% op het gasgebruik te besparen. Dat zijn wel heel kleine stapjes om woningbouw weer mogelijk te maken in het Eerbeekse en dat terwijl er zoveel mensen op zoek zijn naar een woning.
Dat stemt hoopvol, want deze zeer vervuilende, maar deels circulaire industrie, heeft een nieuw verdienmodel voor het oprapen. In de R&D afdelingen van deze internationale ondernemingen wordt geëxperimenteerd met alternatieve grondstoffen en er zijn plannen voor een verregaande verduurzaming. De zoektocht naar grondstoffen geeft weer een verdienmodel voor een deel van onze boeren. De planning van de verduurzaming is nog wat gebrekkig, maar voor een nieuwe groene industrie is er hoop. Voor groene industriepolitiek zijn scherpe keuzes nodig op het gebied van opbouw, ombouw en afbouw. Dat gesprek moet in de stuurgroep gevoerd worden. Dat is wat anders dan sturen op de wensen van de conventionele industrie. Ook zij moet kiezen. Van hoop naar uitvoering!

Als we de planning voor de waterrotonde (zodat de fabrieken niet langer ons heldere Veluwse grondwater hoeven te gebruiken) dan lezen we dat dit nog bijna twee decennia gaat duren. De natuur en de mens kan zolang niet wachten. Wij verzoeken het college dan ook om in de stuurgroep van Eerbeek Loenen2030 dit helder met de partijen te communiceren. Nog twee decennia onze omgeving uitputten, is onmogelijk. We hebben het grondwater veel te hard nodig voor onze natuur en drinkwatervoorziening. Het is in dit licht mooi dat we werken aan een drinkbare IJssel. Voor uw raad enkele weken nog de suggestie deed dat het water van de IJssel al vervuild ons land bent komt, heb ik nieuws. Het Rijnwater bij Lobith is schoner dan het IJsselwater bij Kampen. Daar werken wij allen aan mee door toe te staan dat vervuild water en andere afvalstromen in de IJssel geloosd worden.
Voor een lange termijn strategie, zou het voor onze gemeente ook verstandig zijn om in te zetten op nieuwe economische dragers, waar ook de middenstanders in de gemeente hun voordeel mee kunnen doen. Een poort naar de Veluwezoom, kwaliteitstoerisme, kan daar zeker bij helpen. Met ook voor natuur en biodiversiteit, maar dat is vanzelfsprekend onderdeel van de visie. Economische dragers gebaseerd op gelijke kansen voor natuur en mens, die de blik richten op een leefbare toekomst. Met een gezond verdienmodel.
Als we durven visie te tonen en daadwerkelijk veranderingen aan te brengen in ons beleid. Als we niet langer denken in termijnen van vier, maar van 40 of 400 jaar, dan is het niet te laat. 50 jaar aanmodderen na de Club van Rome, heeft ons weinig reden tot vreugde gebracht. Maar er is hoop als we nu kiezen voor de toekomst. Dat onze mooie gemeente Brummen nog rijker in alle waarden bereikbaar is voor generaties na ons. Laten we de hoop omzetten in beleid. Daar willen wij met deze raad graag aan werken en dagen u allen uit om hieraan mee te werken!
Hoe we daaraan werken? Door ons college te ondersteunen bij uitvoeringsplannen van het aanstaande groenstructuurplan, door inwoners te stimuleren en waar nodig te helpen met het de keuze voor emissievrij leven, door te zorgen dat ontmoeting mogelijk wordt en blijft voor iedereen in onze samenleving, door te onderkennen dat onze talloze vrijwilligersorganisaties meer moeite hebben met de inzet van vrijwilligers, met opvangplekken voor ontheemden, ook in onze gemeente, door de jeugd een toekomst te geven, door natuurinclusief bouwen tot standaard te verheffen, door de waarde van water op te waarderen. Door hart te hebben voor de generaties na ons.
Zoals gezegd: wij zijn trots op de begroting, we dienen nog wel een amendement in om eerdere afspraken met betrekking tot de ontwikkeling van de bestuurskracht te bestendigen. En een motie om de rapportage van de plannen zogeheten SMART te formuleren, want daarin blijkt deze begroting niet uit. Bovendien roepen we het college op om natuurinclusief bouwen zo snel mogelijk te standaardiseren, als voorloper op de mogelijke opname in het bouwbesluit.
En tot slot roepen wij het college dringend op om werk te maken van opvang van ontheemden. Ga bij het zoeken naar geschikte lokaties op zoek naar al alternatieven, hoe onorthodox dan ook. Organiseer gesprekken met de samenleving om het draagvlak te bespreken, we kunnen immers niet anders dan onze rol spelen, het kan niet zo zijn dat we zo onmenselijk zijn dat er deze winter mensen in tochtige noodopvang moeten doorbrengen.